De eenvoudige formule voor winstgevend traden
Succesvol traden heeft weinig met toeval te maken. Het is het resultaat van discipline: verliezen beperken, winsten laten lopen.
Eenvoud tegenover chaos
De laatste weken heerst er chaos en onzekerheid op de markten, met talloze angstgedreven uitspraken. Anderen verklaren dan weer dat dit het ideale moment is om te kopen. Trendvolgend handelen steekt er met kop en schouders bovenuit als een solide manier om door deze wanorde te navigeren, omdat het puur gebaseerd is op wat de cijfers laten zien — niet op paniek of de hype van de dag. Het is een strategie die floreert op prijsbewegingen, niet op krantenkoppen, en je helpt de emotionele achtbaan van het nieuws en absurde voorspellingen te vermijden.
Trendvolgend handelen trekt zich van dit alles niets aan. Het stelt geen vragen over het ‘waarom’ achter prijsbewegingen — of het nu Trump, de Fed of gewoon ouderwetse menselijke hebzucht betreft. Het richt zich in plaats daarvan op de werkelijke richting van de markt.
Het mooie hiervan is de eenvoud. Wanneer de chaos toeslaat, hoeven trendvolgers niet elk gerucht te ontleden of doemscenario’s te voorspellen. Ze volgen simpelweg wat er gebeurt. Als prijzen stijgen, kopen ze. Als prijzen dalen, verkopen ze. Geen overanalyse, geen verlamming door de stortvloed aan tegenstrijdige meningen. Een trendvolger kijkt gewoon naar de grafieken en negeert de kermis.
Het is niet waterdicht (niets is dat), maar het is wel de juiste houvast in tijden als deze. De marktchaos, gevoed door gokken en buitensporige angsten, onderstreept alleen maar hoe trendvolgend handelen je met beide voeten op de grond houdt. Terwijl anderen in paniek raken of verlamd zijn over de mogelijke volgende grote dreiging, volg jij gewoon het signaal door de storm.
Hoe maken we winst?
Stel dat je met een dobbelsteen gaat gooien. Als je 1,2 of 3 gooit, dan verlies je en krijg je een verliespunt. Gooi je 4,5 of 6 dan win je en krijg je een winpunt.
Omdat elk getal dat je zal gooien even waarschijnlijk is, wordt de kans op winst of verlies bij elke worp 50%. Iedere worp die we maken moet je zien als een positie nemen, waarbij de prijs omhoog- of omlaag kan gaan.
Als je in de praktijk honderd keer met de dobbelsteen zal gooien dan zal je normaal gezien “ongeveer evenveel” kans op winst als op verlies maken. Ik moet deze stelling even nuanceren, want het hangt ervan af wat je met “ongeveer evenveel” bedoelt. Ik zou je nu kunnen bedelven onder een hele reeks wiskundige berekeningen. Ik ga dit niet doen, maar onderaan vind je ze terug als je er toch interesse zou voor hebben.
Het komt erop neer dat als we “ongeveer evenveel” zien als tussen 40 tot 60 winstpunten als je honderd keer met de dobbelsteen zou gooien, dan wordt je kans hierop 96,4%.
Dit maakt ook dat als je bij iedere positie evenveel winst als verlies zou maken, dan heb je “ongeveer evenveel” kans op beide en zal je op lange termijn slechts een kleine kans op winstgevendheid hebben. Je zal normaal gezien ergens tussen 20% winst (als je 60 winstpunten zou behalen) of 20% verlies maken (als je slechts 40 winstpunten zou behalen). Je weet niet wat de uitkomst zal zijn, alleen dat je ergens binnen dit spectrum zult eindigen. Je bent dan aan het gokken, want je rekent op geluk.
Waarom maken wij altijd winst?
Op het moment dat je een positie neemt, heb je slechts controle over één ding: hoeveel verlies je zal maken. Dat maximale verlies bepaal je met de stop-loss. Je weet niet hoeveel winst je zal maken, maar je kan wel je maximaal verlies instellen op het moment dat je een positie neemt. Ik zal je aantonen waarom dit absoluut noodzakelijk is.
Bij trading komt het erop aan om je verliezen te beperken en je winsten te laten doorlopen. Spijtig genoeg is dat net het tegenovergestelde van hetgeen bijna iedereen doet.
Stel dat we met een verhouding zouden handelen waarbij we iedere positie bij een verlies van €1.000 zouden stoppen en onze winstgevende posities na een winst van €2.000 zouden afsluiten.
Dat is een ratio van 2:1.
Nu gaan we honderd keer met de dobbelsteen gooien en we maken een winst- en een verlieskolom op een blad papier. Elke worp kun je vergelijken met het innemen van een positie.
Gooien we 1, 2 of 3 dan beschouwen we dit als een verlieslatende trade en zetten we 1 streepje in de verlieskolom. We verliezen dus €1.000.
Gooien we 4, 5 of 6 dan beschouwen we dit al een winstgevende trade en zetten we 2 streepjes in de winstkolom. We winnen dan €2.000. We hanteren dus een 2:1 ratio.
Vanmorgen gooide ik voor de lol honderd keer met een dobbelsteen en dit was het resultaat:
Mijn winst ratio was dus slechts 45% maar aangezien ik het dubbele verdiende bij de winstgevende posities tegenover hetgeen ik verloor bij de verlieslatende, krijgen we uiteindelijk toch nog een heel mooi eindresultaat.
Had ik het omgekeerde gedaan — dus winst genomen bij €1.000 en verlies pas genomen bij €2.000, zoals veel beleggers doen, dan was het resultaat:
45 × €1.000 = €45.000 winst
55 × €2.000 = €110.000 verlies
Totaalresultaat: €65.000 verlies
Stel nu dat we slechts 40% winnende posities zouden hebben en 60% verlieslatende, dan wordt dit met een winst/verlies ratio van 2:1
Ik hoop dat dit je doet inzien dat winstgevend handelen eigenlijk vrij eenvoudig is: sluit je verliezers snel en laat je winnaars doorlopen.
P.S. Ik moet toegeven dat ik voor deze oefening geluk had. Ik gooide in werkelijkheid 55 keer een 4, 5 of 6 en slechts 45 keer een 1, 2 of 3. Het resultaat was €65.000 winst door puur geluk, maar ik wil de situatie niet mooier maken dan die is.
Bij trendvolgend handelen draait het niet om vaak gelijk hebben, maar om goed omgaan met risico. Mijn systemen behalen doorgaans slechts 30% tot 40% winnende trades, maar doordat mijn winsten gemiddeld drie keer groter zijn dan mijn verliezen, stapelen de resultaten zich toch krachtig op. Het is deze combinatie van lage winrate en hoge payoff die mij op lange termijn consistent succesvol maakt.
Alleen voor de wiskundigen
Ik ben helemaal geen wiskundige en om te leren traden heb je dit niet nodig, maar ik weet dat sommige leerlingen de cijfers achter het verhaal heel belangrijk vinden.
Het aantal winpunten X over 100 worpen volgt een zogezegde binomiale verdeling met:
n = 100 (aantal worpen)
p = 0.5 (kans op een winstpunt per worp
De kans op exact 50 winpunten is dus slechts 7,96%
Kans op "ongeveer evenveel"
Als je "ongeveer evenveel" iets ruimer wil nemen, zeg tussen 45 en 55 winpunten (dus maximaal 5 punten verschil tussen winst en verlies), dan sommeer je de kansen van X = 45 t/m X = 55
Deze kans is ongeveer 72.9%, dus redelijk groot dat je na 100 worpen ongeveer een gelijk aantal winst- als verliespunten hebt.
Laten we nu het interval bekijken van 40 tot 60 winstpunten, dus:
Resultaat:
De kans dat je tussen de 40 en 60 winstpunten hebt na 100 worpen is dus ongeveer 96.4%.